Meer aandacht nodig voor dierenwelzijn in klimaatbeleid

Het veranderende klimaat en de maatregelen die we nemen om de opwarming van de aarde tegen te gaan, beïnvloeden het welzijn van dieren in de veehouderij. In de zienswijze Laat dierenwelzijn niet ondersneeuwen signaleert en agendeert de RDA knelpunten voor productiedieren die worden veroorzaakt door de klimaatproblematiek. Dierenwelzijn krijgt in beleidsplannen tot nu toe te weinig aandacht, vindt de Raad. 

Beeld zienswijze laat dierenwelzijn niet ondersneeuwen

Klimaatverandering kan verschillende negatieve effecten hebben op het welzijn van productiedieren: vaker hittestress in de stal, in de weide en tijdens transport, mogelijk nieuwe dierziekten en een daling van de beschikbaarheid en kwaliteit van diervoeders. Daarnaast neemt het risico op uitval van stalklimaatsystemen en schade in de stal door onweer, storm en hagel toe. Ook kan bij overstromingen de evacuatie van dieren te laat op gang komen. 

Klimaatbeleid moet er onder meer voor zorgen dat de uitstoot van broeikasgassen in de veehouderij wordt beperkt. Maar de maatregelen die daarvoor ontwikkeld worden, zoals aanpassingen aan stallen, aan het voer van de dieren, aan het verwerken van mest of aan het volledige veehouderijsysteem, kunnen zelf ook weer effect hebben op het dierenwelzijn. 

Oplossingsrichtingen 

Het klimaatbeleid voor de veehouderij moet niet alleen zijn gericht op de huidige vorm, maar juist ook op een dierwaardige veehouderij. Daarbij kan worden gedacht aan structurele aanpassingen van huisvestingssystemen, maar bijvoorbeeld ook aan transportmiddelen, waterkeringen en fokdoelen. Bij het streven naar een duurzaam voedselsysteem hebben ook ketenpartijen en stallenbouwers een belangrijke rol. 

Het ligt voor de hand dat de rijksoverheid de regie neemt bij de afstemming van het landelijke klimaatbeleid op de aanstaande herziening van de EU-dierenwelzijnswetgeving en op de beoogde nationale wetgeving voor een dierwaardige veehouderij. Dit geldt ook voor de coördinatie van de beleidsuitvoering door provincies en gemeenten. 

De Raad gaat graag in gesprek met de meest betrokken partijen over het uitwerken van de oplossingsrichtingen. Bekijk hieronder de animatie.

Het klimaat verandert en zorgt voor extremer weer. Zware neerslag, flinke stormen, hittegolven en langdurige droogte stellen mens en dier voor nieuwe uitdagingen.

De Raad voor Dierenaangelegenheden heeft onderzocht welke gevolgen de klimaatverandering heeft voor het welzijn van dieren in de veehouderij. Houden we daarmee eigenlijk wel voldoende rekening?

Klimaatverandering kan bijvoorbeeld leiden tot hittestress in de stal in de weide of tijdens transport. Maar ook tot nieuwe dierziekten
of slechter voer. En bij overstromingen moeten ook de dieren op tijd worden gered.

Veehouders proberen zich al aan te passen aan de klimaatverandering maar in de praktijk zien we nu nog te vaak
noodoplossingen in plaats van structurele aanpassingen. Daarnaast produceert de veehouderij zelf ook broeikasgassen.

Daarom worden er maatregelen bedacht, zoals aanpassingen aan stallen of het voer van de dieren. Maar ook die maatregelen kunnen een negatief effect hebben op het dierenwelzijn.

Dierenwelzijn krijgt in klimaatbeleidsplannen nog te weinig aandacht. Bij de afstemming en coördinatie van klimaatkennis en klimaatbeleid is regie door de Rijksoverheid nodig.

Zij kunnen ervoor zorgen dat de klimaatverandering onderdeel wordt van dierwaardige veehouderij. Voor praktische maatregelen
tegen hittestress zijn er al goede voorbeelden in warmere landen te vinden.

Na deze zienswijze gaat de raad in gesprek met de meest betrokken partijen over mogelijke oplossingsrichtingen. Meer weten? Ga naar rda.nl.